Een instrument bespelen. Ja, dat heb ik wel in een ver verleden gedaan. Toen ik een jaar of 10 was (ik was een latertje daarin), wilde ik heel graag een synthesizer kunnen bespelen. Mijn buren hadden een orgel en dat vond ik ook heel leuk. Gelukkig waren mijn ouders verstandig en moest ik eerst een jaar op blokfluitles. Noten leren lezen op zo’n vreselijk piepend ding (ik geloof dat ik nog steeds geen nummer kan bedenken wat klinkt op een blokfluit).
Mijn geduld werd beloond en op Sinterklaasavond 19 *kuch, kuch, kuch* stond er opeens een orgel in de woonkamer. De bijbehorende lessen kreeg ik boven de lokale muziekwinkel en iedere zaterdagochtend ging ik mee naar de stad met diverse boeken bij me. Helaas was het een desillusie. Mijn muzikale interesses lagen op een heel ander vlak en ik mocht allen suffe 50’er jaren liedjes spelen. 2 jaar lang heb ik het met hangen en wurgen volgehouden, maar het bleef allemaal suf en super ouderwets voor zo’n klein meisje.
Daarna ben ik overgestapt op iets wat mij meer lag: mijn stem. In de VS heb ik in een koor mogen zingen. Heel eerlijk begon ik daar alleen omdat ze zoveel uitstapjes maakten en ik de kans kreeg om aan een wedstrijd in Nashville mee te doen (de voorloper van Glee). Dat was echt wel heel gezellig en leuk en tot mijn verbazing zijn we in die wedstrijd ook tweede geworden (en dat voor een koor waarvoor je geen auditie hoefde te doen). Zingen doe ik nog steeds, hoewel niet in groepsverband.
Als ik terugdenk aan die orgelperiode, dan schiet me meteen één nummer te binnen en dat is dus mijn keuze voor vandaag. Sorry, het is geen fantastisch nummer, maar ik ben niet verder gekomen dan Patti Pages (wie?) “How much is that Doggy in the Window”. Laten we vandaag maar weer snel vergeten!
Liefs,
…
.
.
.
[youtube=http://www.youtube.com/watch?v=2AkLE4X-bbU]