“The Internet is the first thing that humanity has built that humanity doesn’t understand, the largest experiment in anarchy that we have ever had.”
Eric Schmidt (CEO Google)
Gisteravond zat ik naar een aflevering te kijken van Criminal Minds. De seriemoordenaar uit deze aflevering begaf zich op sociale netwerksites. Alle slachtoffers waren zeer actief op Internet. Twitterden er vrolijk op los waarbij zelfs uitgebreid werd beschreven wat ze aten, waar ze op dat moment waren en wat voor plannen ze hadden. Hun Facebook-account (onze variant is Hyves) gaf met behulp van Googlemaps aan waar ze zich op het moment van plaatsen berichten bevonden (en dat wordt tegenwoordig alleen maar makkelijker met Internet op mobiel). Natuurlijk een beetje overtrokken en -op dit moment onrealistisch-, maar in de toekomst zal Internet steeds meer geïntegreerd worden in ons leven en zijn wij steeds meer verweven met Internet.
Hoewel ik zelfs mijn voetsporen heb nagelaten op Internet, probeer ik er toch bewust mee om te gaan. In de eerste plaats heb ik er geen behoefte aan om te vertellen wat voor broodje ik ’s middags heb gegeten (nog steeds geen idee wat mijn doel is van dit weblog), maar ben ik me er vooral bewust van dat Internet een beter geheugen heeft dan een olifant. Dus heb ik vele “nicknames”, worden vrienden van mij in mijn weblog bij hun voorletter genoemd, en probeer ik summier te blijven over de exacte locatie waar ik woon (ja, centrum Oosterhout is bekend). En ja, ik weet dat er ook weer heel veel over mij te vinden is, als je maar goed zoekt en weet wáár je moet zoeken.
Toch zie ik tot mijn verbazing dat anderen hier soms behoorlijk slordig mee omgaan. Zo las ik onlangs een reactie op een website van een lokale krant waarbij de namen van de kinderen van slachtoffers van een moord werden genoemd. De meneer in kwestie gaf aan dat iedereen in zijn gemeenschap deze kinderen wel kende en daarom wel bij naam genoemd mochten worden. Hij beseft niet dat lokale krantensites ook door de rest van Nederland (en zelfs wereldwijd) gelezen kunnen worden en nog veel belangrijker: over 10 jaar is het nog terug te vinden, bijv. met behulp van Smithsonians Waybackmachine (wat overigens wel handig kan zijn). Dus over 10 jaar gaan de kinderen ergens solliciteren en dan zal de toekomstig werkgever een zoekopdracht geven waarbij dit bericht naar boven komt: hoe pijnlijk zal dat zijn!
Dat je voor jezelf bepaalt wat er over je op Internet verschijnt, is nog daaraan toe, maar let in ieder geval op wat je over anderen loslaat.
Liefs,