Ik zat vanavond weer eens een beetje terug te ‘bladeren’ en toen besefte ik me eigenlijk dat ik nooit meer iets heb verteld over mijn 1e inzet bij die mensen als palliatieve verzorger en toen ik het las moest ik eigenlijk wel ‘grinniken’.
Die eerste dag is prima gegaan. Het was heel bijzonder om het vertrouwen te krijgen van een wat oudere meneer wiens vrouw dus binnenkort zou komen te overlijden. Voor hem was het heel prettig dat hij gewoon af en toe rustig boodschappen kon gaan doen, terwijl hij wist dat zijn vrouw goed verzorgd zou worden.
Die eerste dag was er meteen een Nicky-stempel opgedrukt. Ik vroeg hem nl. hoe het met hèm was. In eerste instantie begon hij weer over zijn vrouw te vertellen, maar dat wilde ik niet weten, ik wilde weten hoe hij het beleefde. Meteen sprongen de tranen in zijn ogen, schijnbaar werd dat niet vaak gevraagd. Samen naar de (redelijk afgesloten) keuken gegaan om mevrouw niet te verontrusten en daar heb ik gevraagd of ik even mijn armen om hem heen mocht slaan. Aangezien ik veel op zijn -schijnbaar erg aardige- nichtje leek, mocht dat en het was prettig voor hem (ondanks dat ik een volslagen onbekende was).
De klik kwam en bleef er: zowel met hem, als zijn vrouw als de medewerkers van de thuiszorgorganisatie en zo heb ik daar een aantal maanden rondgelopen. Iets wat niet gebruikelijk is, want meestal is het niet meer dan een paar weken.
Maar goed, op een gegeven moment ben ik ingezet op een avond dat hij voor zijn hobby wegging. Iets waar hij ook heel weinig tijd voor had, dus heel belangrijk áls er weer een avondje werd georganiseerd. Het ging op dat moment al echt niet goed meer met mevrouw. Ze sliep het grootste gedeelte van de dag, was nauwelijks meer aanspreekbaar, had veel pijn en had al aangegeven dat het van haar niet meer hoefde. Meneer vond het enorm moeilijk om haar ’te laten gaan’ (gek hè na tientallen jaren samen) en dacht dat ze nog wel meer tijd samen zouden hebben.
Op de één of andere manier had ik het gevoel dat ze die avond wel eens zou kunnen komen te overlijden. Het was iets wat ik stiekem moest doen (ik weet dat meneer weinig bemoeienis wilde), maar ik moest en zou weten waar hij die avond zou zitten. Ik wilde ook dat er een mogelijkheid zou zijn om hem terug te laten brengen als dat nodig mocht zijn, dus had ik achter zijn rug contact opgenomen met zijn vereniging en met de thuiszorg. Hoewel de kans groot was dat het dus zou gebeuren als ik erbij was, is toch besloten hem weg te laten gaan. Het was nl. niet duidelijk wanneer dat weer zou kunnen.
De avond kwam en inderdaad bleek het daar erger te zijn dan anders. Eén van de tekenen is een ‘reutelende ademhaling’. Ik weet het, op papier klinkt het al niet prettig, in het echt is het dat ook niet. Het is niet zo dat de ‘patiënt’ daar last van heeft, maar natuurlijk wordt slikken steeds lastiger, dus komt er slijm in bijv. de longen terecht. En helaas, voor mensen erom heen is het gewoon geen prettig ‘geluid’.
De dochter van de familie was langsgekomen met haar man om alvast kleding uit te zoeken (zou nl. ook achteraf niet gemakkelijk zijn). Op een gegeven moment had ik de hand van mevrouw vast. Ik zat, zoals gebruikelijk, weer mijn onzinpraat uit te kramen en op een gegeven moment sloeg ze haar ogen op. Tja, en hoewel ik best aardig ben, wil je natuurlijk op zo’n moment iemand bij je hebben die je echt heel dierbaar is. Ik had dochter gevraagd om het over te nemen, want ‘zij was toch veel leuker om naar te kijken’. Samen hebben we een gebedje opgezegd (ze waren allen gelovig) en 10 minuten later werd de ademhaling steeds onregelmatiger met overlijden als gevolg. Mijn angst van de eerste avond was uitgekomen….
Toch… Het was niet zo erg als ik had verwacht. Het was mooi, haar dochter (die een uur daarvoor nog tegen mij had gezegd dat ze niet wist of ze het aan zou kunnen) en schoonzoon waren erbij; ze heeft haar eigen moment uitgekozen. Hoewel ik het natuurlijk niet kan bewezen, is het soms zo dat mensen niet ‘weg kunnen gaan’ als hun meest geliefde partner erbij is en in dit geval was ze toch niet alleen, maar met haar dochter waarmee ze een goede band had.
Daarna is niet alles zo gladjes verlopen als ik had gewild (met een zeer ouderwetse telefoon was het lastig om thuiszorg te bellen, een huisarts te vinden etc en meneer is helaas -vond ik niet prettig- na het bericht alleen naar huis gereden), maar toch was het goed zoals het was. En ik heb gemerkt dat het natuurlijk wel heel verdrietig is, maar dat ik het niet erg associeer met het overlijden van Sjoerd (was ook compleet anders).
Hoewel het niet gemakkelijk is, heb ik mijn inzet met plezier gedaan. We hebben -ook met mevrouw nog- flink gelachen, ik heb mijn ‘doelstelling’ (ruimte bieden aan de familie) gehaald en ik ben blij iets met mijn ervaringen voor anderen te kunnen betekenen. Het is alleen jammer dat te weinig mensen weten dat dit soort organisaties bestaan en dat de overheid er het belang te weinig van inziet. Maar goed, ik ga ermee door (als mijn storm voorbij is), want als je zo’n zware tijd hebt, dan kun je alle ruimte en afleiding goed gebruiken.
Liefs,
Wat goed dat je dat gedaan hebt! En wat fijn dat je hebt kunnen helpen…. <3